Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], De kuil nu, waarin Ismael al de dode lichamen der mannen, die hij aan de [17]zijde van Gedalia geslagen had, henenwierp, is dezelfde, dien de koning Asa maakte [18]vanwege Baesa, den koning Israels; dezen vulde Ismael, de zoon van Nethanja, met de verslagenen. 17. Hebreeuws, aan de hand; dat is, nevens hem; hand voor zijde; zie 2 Sam.18:4; Spreuk.8:3. Anders: om Gedalia's wil; of [die] onder de hand [dat is beleid] van Gedalia waren. 18. Dat is, uit vrees van Baesa. Hebreeuws, van, of voor het aangezicht. Dit heeft Asa vermoedelijk gedaan als hij deze stad Mizpa verbouwde en vastmaakte met de stenen van Rama, waarmede Baesa Rama had gezocht vast te maken. Zie 1 Kon.15:22. Waartoe deze kuil eigenlijk heeft gediend is onzeker, tot fortificatie of tot watering, voor mensen en beesten, bij nood, enz.